Wilma Karels | Patchwork & Quilten

Samen werken aan kleurige quilts

In navolging van de Amish

„In één van mijn quilts verwerk ik beelden van al m’n kinderen”

 Tekst Nelleke Overduin | Beeld: Hanno de Vries

Ooit begin Wilma Karels (50) met borduren, maar al snel ging ze over op quilten. Nu, 21 jaar later, is haar passie uitgegroeid tot een patchwork- en quiltwinkel en kan ze enthousiast uren vertellen over de herkomst en symboliek van quilts. Met vier vriendinnen organiseert ze eens per maand een avond om samen te werken aan hun dekens. Want quilten blijkt een sociale bezigheid, die ook de makers van de kleurige lappen met elkaar verbindt. „Het mooiste is het om lapjes te kiezen die net niet matchen. Het moet een beetje schuren.”

Over de quiltsters

Wilma Karels (49) heeft al bijna 22 jaar een eigen patchwork- en quiltwinkel in Ede. Ze quilt al bijna 21 jaar en is lid van het Quiltersgilde. Ze quilt regelmatig voorbeelden voor in de winkel.

Anne Marie Hak (45) quilt al 21 jaren. Ze maakt traditionele quilts, maar ontwerpt ook zelf kunstzinnige quilts (art quilten).

Anne Marie van Raalte (49) leerde het quilten van haar moeder, die één van haar dekens ooit mocht tentoonstellen in Frankrijk. Anne Marie werkt nu aan een bloemenquilt.

Corine van de Werken (32) borduurde veel, maar werd door een vriendin aangezet tot quilten. Ze is bezig met haar 5e quilt.

Dicky Qualm (51) quilt al 18 jaren en maakt veel verschillende dingen.

quiltgroep Ede

Passie voor quilten

Al bijna 21 jaar is quilten de grote passie van Wilma Karels. Ze begon met borduren, maar kreeg al snel de smaak van het quilten te pakken, zelfs zo dat ze er een winkel in begon.

„Ik kreeg de kans om bij ons huis een winkel te starten met stoffen en benodigdheden,” vertelt ze. „Die winkel is inmiddels uitgegroeid tot een goedlopend bedrijfje. Ik ben twee dagen in de week geopend en dan is het behoorlijk druk. Het is een heerlijke plek voor iedereen die van naaien houdt en winkels die specifiek quiltstoffen verkopen, zijn dun gezaaid.”

Wilma trekt dus een specifiek publiek aan. Daar horen ook Anne Marie Hak, Corine van de Werken, Dicky Qualm en Anne Marie van Raalte bij. Zij raakten, via de winkel van Wilma, met elkaar in contact. Inmiddels komen ze al jaren eens per maand bij elkaar voor een quiltavond. Zo ook vanavond.

Gezeten tussen de quiltdekens aan de muur, die Wilma door de jaren heen maakte, vertellen ze enthousiast over hun hobby. Corine: „Het is heerlijk om elke maand hier te zijn. Quilten is een intensieve manier van handwerken. Ik doe het zo graag! Door een avond samen bezig te zijn, word ik weer gemotiveerd om verder te gaan.”

Anne Marie Hak vult aan: „Dat heb ik precies zo. Soms blijft het even liggen, maar na een avondje samen quilten ben ik de dagen erna weer lekker bezig.”

„Mijn moeder leerde me quilten. Eén van haar quilts is eens tentoongesteld in Frankrijk” – Anne Marie van Raalte

 

Amish-ambacht

Alle dames weten veel over de herkomst van het quilten. Wilma: „Het quilten heeft vooral bekendheid gekregen vanuit Amerika, met name door de Amish-gemeenschap. Veel mensen associëren quilten inmiddels met de Amish.

Maar oorspronkelijk is het ontstaan uit nood: arbeiders in de achttiende eeuw begonnen van stukjes meelzakken allerlei lapjes aan elkaar te maken. Ze hadden het koud en de winters waren lang. Door restjes stof aan elkaar te naaien ontstonden er dekens. Die waren, helemaal toen ze die ook nog een tussenvulling gaven, lekker warm. Het was dus een nuttige, maar ook een fijne bezigheid, waarmee mensen die lange winteravonden vulden.”

Anne Marie Hak zegt lachend: „Het is dus weer helemaal van deze tijd, hè: de verwarming laag en met een dekentje op de bank. Een quiltdeken is warm, hoor!”

Dicky: „En wanneer je restjes stof gebruikt, is het een duurzame bezigheid en maak je van afval iets moois. Ik heb inmiddels heel wat restjes stof van alles wat ik heb genaaid.”

Toch is het niet alleen maar een kwestie van ‘restjes aan elkaar naaien’. „De Amish in Amerika maken er echt een ambacht van,” vertelt Anne Marie Hak. „Met elkaar wordt er voor trouwerijen als cadeau een deken gequilt. Ook maken ze geboortedekentjes wanneer er een baby op komst is. Ze verwerken er allerlei symboliek in.

En vergeet het ‘foutje’ niet. In elke deken naaien ze bewust iets onvolmaakt, dat hen eraan herinnert dat alleen God geen fouten maakt.”

Wilma knikt: „Quilts van de Amish hebben een specifieke uitstraling, je haalt ze er snel tussenuit. Ze gebruiken vooral donkere kleuren en de motieven bevatten veelal symboliek. Ook hebben ze een eenvoudige uitstraling, passend bij hun manier van leven.

Voor Amish-mensen is quilten ook een sociale bezigheid. Quilters werkten veelal samen aan een deken en zo verbond het mensen met elkaar.”
Wilma is een aantal jaren geleden zelf op reis geweest naar Amerika en heeft een bezoek gebracht aan een Amish-gemeenschap. „Dat was een bijzondere ervaring. In elke stad of in elk dorp kun je wel quiltstoffen kopen.

Er worden speciale reizen georganiseerd naar de Amish-gemeenschappen. Voor mij was het leuk dat ik in het echt zag hoe dat ging, maar ik vond het er wel wat commercieel aan toe gaan. Niet te vergelijken met het handjevol quiltwinkels dat je in Nederland vindt,” lacht ze.

Dicky Qualm - Visser

„Ik vind het een uitdaging om quiltstoffen bij elkaar te zoeken die nét een beetje ‘schuren’. Dat maakt een quilt spannend” – Dicky Qualm

 

Technieken

Het quilten bestaat uit een combinatie van verschillende technieken. Het doorquilten, het doorstikken van de quilt, gebeurt met de hand en met de machine. Dat mag met strakke lijnen, maar kan ook heel speelse vormen hebben.

Dicky wijst naar haar quilt en laat zien waar ze op dit moment mee bezig is: „Ik heb hier een aantal bloemen, die doe ik met de hand. Ik naai ze erop met een festonsteekje. Andere dingen doe ik liever met de machine.”

Corine knikt: „Je moet, voor je met quilten begint, wel enige kennis hebben van naaien.”

De andere dames beamen dat volmondig. „Maar wanneer je creatief bent, een beetje handig met naald en draad en de naaimachine én wat wiskundig inzicht hebt, kun je gemakkelijk aan een quilt beginnen.”

Wilma legt uit waarom juist dat wiskundige inzicht nodig is. „Om een quilt te maken, moet je veel rekenen. Het moet precies passen. Dat ligt de één meer dan de ander.”

Anne Marie Hak herkent dat. Zij is bezig met een origineel project dat heel precies komt. In haar quilt verwerkt ze namelijk plaatjes van haar zeven kinderen. Een aantal lapjes zijn al klaar. „Kijk, hier: dat meisje in een kinderstoel, dat zo eigenwijs achteromkijkt, is een dochter.”

Ze wijst naar wat steekjes die heel kernachtig iets laten terugkomen van het karakter van haar dochter. „Bij dit project weet ik dus niet hoe het eindresultaat eruit gaat zien. Ik moet vooral passen en meten.”

Ze kijkt even nadenkend naar haar quilt: „Ik zie wel hoe het uiteindelijk wordt. Mijn valkuil is dat ik het nooit af vind en dat ik soms niet tevreden genoeg ben. De lat ligt hoog als het om mijn eigen werk gaat. Maar ik vind zo’n project wel een uitdaging.”
Niet iedereen kan dat, werken zonder vastomlijnd plan, weet Wilma uit ervaring. „Zeker wanneer iemand net gaat beginnen, adviseer ik een kant-en-klaar patroon. De stof kun je wel zelf erbij zoeken, passend bij je smaak. Zo kun je je helemaal richten op de techniek van quilten. De creatieve invulling komt daarna wel. En ook bij een kant-en-klaar patroon heb je voldoende mogelijkheden om er een persoonlijke twist aan te geven.”

Het leren quilten is best intensief, erkent Wilma. „Daarom adviseer ik meestal ook om met een kussenhoes te beginnen. Dan kun je alvast oefenen met de techniek.”

Dat je er lang over doet, weten de dames wel. Met sommige quilts waren ze een jaar of langer bezig. Corine: „Je moet dus wel een beetje geduld en doorzettingsvermogen hebben. Daarom zijn deze avonden ook zo gezellig en motiverend. Morgen heb ik waarschijnlijk weer extra zin om ermee verder te gaan.”

Anne Marie  Hak

„In alle quilts die Amish maken, verwerken ze bewust een ‘foutje’, vanuit de gedachte dat alleen God volmaakte dingen maakt” – Anne Marie Hak

 

Internationaal quilten

Quilten vindt zijn oorsprong dus in Amerika, maar is inmiddels een internationale bezigheid en een hobby die ook aan de tijd onderhevig is. Want werd er vroeger veel gewerkt met ruiten en zeshoeken, op dit moment is er veel ruimte voor fantasierijke en speelse patronen.

Wilma is lid van het Quiltersgilde en volgt zodoende alle ontwikkelingen in quiltersland. „Het gilde brengt Nederlandse quilters met elkaar in contact, bijvoorbeeld door activiteiten te organiseren. Ik bezoek regelmatig zo’n bijeenkomst en dat is heel leuk. Je raakt in gesprek met anderen met dezelfde hobby en wordt geïnspireerd door wat zij maken en laten zien tijdens deze ontmoetingen.”
Eens in de zoveel tijd wordt er ook een tentoonstelling gehouden. Niet alleen in Nederland, maar ook in het buitenland.

Anne Marie van Raalte ging eens, samen met haar moeder, naar een tentoonstelling in Frankrijk. „Een aantal jaren geleden bestond de ‘Dear Janequilt’ 150 jaar (zie kader) en werd er een tentoonstelling georganiseerd waarbij er 150 van deze quilts werden tentoongesteld. Mensen van over de hele wereld mochten hun quilt indienen. Mijn moeder heeft de ‘Dear Janequilt’ vroeger ook eens gemaakt en ze werd gevraagd om die van haar tentoon te stellen. Dat was heel bijzonder!”

Anne Marie reisde daarom, samen met haar moeder, af naar Nantes. „Het was een heel speciale ervaring om daar 150 dezelfde werken te zien hangen. Allemaal hadden ze dezelfde basis, maar met een persoonlijke uitwerking. Dat maakt quilten zo leuk: met hetzelfde patroon kun je eindeloos variëren.”
Anne Marie van Raalte kreeg het quilten dus, via haar moeder, van huis uit mee en quilt zelf al meer dan vijftien jaar. Corine, de jongste van het gezelschap, kwam pas veel later in aanraking met het quilten en schoof als laatste aan op de woensdagavonden bij Wilma. „Ik borduurde al wel veel, maar daar bleef het bij. Tot een vriendin me vroeg of quilten niet wat voor me was. Dat sprak me gelijk zo aan dat ik erin ben gerold. Ik vind het een heerlijke hobby!”

Ze wijst naar de deken die voor haar ligt: „Ik maak nu een quilt met een winterse uitstraling. Daarvoor trek ik eerst een patroon over met een stift, daarna borduur ik een aantal motieven. Uiteindelijk moet het, met de top, tussenvulling en onderkant, een mooie patchworkdeken worden.”

Dicky geniet van het bij elkaar zoeken van die verschillende lapjes (patches). „Quilten is geen goedkope hobby, de lapjes stof zijn best prijzig. Je kunt natuurlijk met restjes stof quilten, maar juist het nadenken over stofpatronen en unieke motieven vind ik een uitdaging. De meeste quiltstoffen matchen wel met elkaar, maar soms ‘schuurt’ het een beetje.

Juist dat laatste vind ik leuk. Zo wordt een quilt spannend en mooi om naar te kijken. Ik ga daarom altijd op zoek naar lapjes die nét niet te mooi bij elkaar passen.”

 

Label

Alle dames hebben inmiddels één of meerdere quilts afgerond. En ook daar komt een traditie bij om de hoek kijken. Wilma: „Als je een quilt af hebt, hoor je hem een naam te geven. En je moet op de deken je naam en de begin- en einddatum verwerken.”

Ondertussen worden de benodigdheden weer netjes ingeruimd. De tijd gaat door. Volgende maand is er weer een quiltavond gepland.

Nog eens extra benadrukken Dicky en Wilma dat quilten een heerlijke hobby is, ook voor vrouwen die het nog nooit hebben gedaan. „Quilten lijkt soms een stoffig imago te hebben, maar het is zéker geen suffe hobby. Je bent creatief bezig met het ontwerpen en maken, en het samen quilten bindt heel erg samen. Wij beleven er in ieder geval samen veel plezier aan!”

Wilma Karels

„Beginners adviseer ik altijd om met een kussenhoes te beginnen. Dan kun je alvast oefenen met de techniek”- Wilma Karels

 

Quiltkennis

Bee of Quiltbee:
Een bijeenkomst van quilters waarbij ze samen werken aan quilts, kennis uitwisselen en ideeën opdoen. Van oorsprong was een bee een bijeenkomst waarbij er gezamenlijk aan één quilt werd gewerkt.

Quilten of doorpitten
Een handwerktechniek waarbij drie lagen textiel met een doorstiksteek op elkaar genaaid worden. Het resultaat van het werk noem je een quilt. Deze drie lagen op elkaar noem je een ‘sandwich’. De bovenste laag bestaat uit patchwork, de tussenlaag is gemaakt van een tussenvulling en de onderste laag is een lap van textiel.

Patchwork
Lapjes van katoen van veelal bontgekleurde stof, die aan elkaar worden genaaid tot een groter geheel (quilt). Door de vele kleuren en patronen kun je een uniek en origineel eindproduct maken. Ook kun je eindeloos variëren in grootte. Patch betekent ‘lapje stof’.

Dear Jane
Dear Jane is de naam van één van de meest bekende quiltpatronen. Jane Stickles is degene die achter het ontwerp zat dat wereldberoemd werd. Zij ontwierp in de achttiende eeuw een quilt en het patroon van deze kenmerkende deken werd op den duur Dear Jane genoemd. De quilt bestond uit 5602 stukken, gevormd door 169 vierkanten. De quilt kenmerkt zich onder andere door een geschulpte rand.

Dit artikel is gepubliceerd in het familieblad Gezinsgids. www.gezinsgids.nl

Terug naar overzicht